Niet alle Duitsers gingen zo maar akkoord met de duitse overgave. Op 7 mei 1945 openden fanatieke SS-soldaten het vuur op feestvierende nederlandse burgers die waren samengekomen voor het paleis op de Dam in Amsterdam. Tweeentwintig burgers werden gedood en zestig raakten gewond tijdens die vreselijke incident. Het gebeurde op hetzelfde moment dat de eerste Britse en Canadeze troepen de hoofdstad binnentrokken. Na een schotenwisseling tussen de Duitse SS-ers en de Nederlandse Binnenlandse strijdkrachten riep het verzet de hulp in van de zojuist gearriveerde bevrijders. Er werd onderhandeld met de Duitsers, waarna deze akkoord gingen met een staakt-het-vuren en zij hun positie in het hoofdkwartier opgaven. Het personeel van de RAF en USAAF had geen wetenschap van dit incitent. Toch illustreerd het incident dat de voedseldroppingen ook in een drama hadden kunnen eindigen. Als fanatieke Duitse soldaten toch het vuur hadden geopend met hun luchtdoelkanonnen toen de grote bommenwerpers laag overkwamen op die eerste dag van de voedseldroppingen dan hadden ze grote schade aan kunnen brengen. Gelukkig is dat niet gebeurd.
EEN MAKKIE
Zowel de RAF als de USAAF zagen de Chowhound en Manna missies niet als gevechtsmissies en de bemanningen die deze voedselvluchten uitvoerden kregen er ook geen credits voor. Alle bommenwerpers waren feitelijk al een week uit actieve dienst gehaald toen de voedselvluchten begonnen en die status werd niet gewijzigd. die eerste vluchten waren toch niet zo gemakkelijk zoals u heeft kunnen lezen in de vorige hoofdstukken. De missies die daarop volgden waren niks vergeleken met de eerdere gevechtsmissies maar toch niet geheel zonder gevaar. We hebben in Bob Upcott's verslag kunnen lezen dat er nog steeds fanatieke Duitse soldaten waren die het bestand niet wilden handhaven. Met handvuurwapens werd er geschoten op de laag overvliegende bommenwerpers. Deze wapens konden gelukkig weinig uitrichten tegen de viermotorige vliegtuigen.
VIJANDELIJK VUUR
Tijdens de voedseldroppingsvluchten deed zich één incident voor. Op zeven mei, twee dagen na de Duitse overgave in bezet Nederland werd een Amerikaanse B-17 bommenwerper van de 95ste Bomb Group getroffen door luchtafweer van een kustbatterij bij IJmuiden. Een motor raakte in brand en het vliegtuig storte brandend neer in de Noordzee. Reddingsvliegtuigen van de kustwacht waren snel ter plaatse. Zij konden niet voorkomen dat op twee na alle bemanningsleden het leven lieten tijdens de crash.*
Een groep bommenwerpers van de 385ste Bomb Group kreeg op een van hun eerste voedselvluchten te maken met luchtafweer. Dit veroorzaakte wat schade maar iedereen keerde terug zonder problemen. John Wagner, (96ste BG) herinnert zich ook dat hij werd begroet door luchtafweer onderweg naar de dropzone. Zijn piloot brak de missie af en de bemanning keerde terug zonder problemen. De volgende dag keerden ze terug voor een nieuwe missie en dropten toen hun voedsel zonder problemen.
De RAF verloor ook een bommenwerper tijdens de voedseldroppingen. De piloot liet zijn boordwerktuigkundige achter de stuurknuppel zitten tijdens het opstijgen, maar dat ging mis. De bommenweper stortte neer op de landingsbaan.
DOORGESTOKEN DIJKEN Veel van de geallieerde bemanningen herinneren zich nog goed de slechte staat waarin het Nederlandse landschap zich bevond toen ze eroverheen vlogen. De amerikaan Norman Coats zag Nederlanders staan op kapotte dijken. Claude Hall zag het effect van die doorgebroken dijken toen hij een heel dorp onder het water zag liggen. Hij kon de kerktoren boven het water uit zien steken. Tijdens de briefing vooraf aan de vlucht hadden ze gedacht dat het allemaal wel wat mee zou vallen met de situatie in Holland maar toen ze het land zagen werden ze snel op andere gedachten gebracht.
BLIJE GEZICHTEN De blije gezichten is datgene wat de veteranen zich het beste kunnen herinneren. Ze zagen mensen juichende mensen zwaaien met vlaggen. De herinneringen daaraan brengen een glimlach op de gezichten van de oude mannen zelfs na vijfenvijftig jaar.
"TOERISTEN" AAN BOORD
Het hoofd van de bemanning bepaalde per vliegtuig hoeveel man ze mee mochten nemen tijdens de voedseldroppings missies. Voor veel van hen was dit een uitnodiging om het grondpersoneel een keertje mee te nemen. Er lijkt niet echt een algemeen beleid te zijn geweest binnen de verschillende Bomgroepen. Bernie Behrman zegt dat hij verschillende toeschouwers heeft meegenomen bij de missies terwijl Bob Belgam en Ralph DiSpirito aangeven dat het meenemen van grondpersoneel nooit als mogelijkheid ter sprake is gekomen. Belgam nam wel grondpersoneel mee op latere vluchten boven Europe, wat later nadat de oorlog in Europa was afgelopen.
De voedselvluchten redden het leven van een groot aantal Nederlandse burgers en ze staken zeker een hart onder de riem van alle burgers die getuige waren van de voedseldroppingen. Ze werden er aan herinnert dat ze niet werden vergeten en het was de bevestiging dat de bevrijding nu elk moment kon komen.
Voor de geallieerden die deelnamen aan de voedseldroppingen waren deze missies ook erg belangrijk. Na talloze vluchten waarbij ze dood en verderf hadden gebracht kregen ze nu de mogelijkheid om iets heel anders te doen. Ze brachten nu het leven inplaats van de dood. Deze missies hebben wellicht geholpen bij het verwerken van de traumatische ervaringen van deze veteranen na de oorlog.
*
In latere jaren zijn er vragen ontstaan of de bommenwerper inderdaad door luchtafweer werd getroffen. Een technisch mankement zou ook de oorzaak geweest kunnen zijn. Wat de oorzaak ook is geweest, het verlies van de bemanning zo laat in de oorlog was een tragedie.
<< TERUG VERDER >>
|